Hoofdschimmel

Sommige schimmels die een hoofdschimmel infectie veroorzaken, worden overgedragen van mens naar mens. Het kan ook zijn dat je besmet bent door een dier. Vooral het nauwe contact met huisdieren werkt dit in de hand. Als je hoofdschimmel ontwikkelt, is het altijd zaak om zowel de mensen als de dieren in je directe omgeving te controleren op schimmelinfectie. Ben je besmet door een dier, dan ben je zelf niet besmettelijk, maar het dier blijft wel een bron en dient dus behandeld te worden door een dierenarts. Is een van je familieleden de bron van besmetting, dan dien je alle gezinsleden en je omgeving te behandelen.

Behandeling is niet alleen vanwege cosmetische overwegingen noodzakelijk. Na genezing kunnen bij hoofdschimmel permanente kale plekken en littekens op de hoofdhuid ontstaan. Daarnaast kan je dus zelf een bron van besmetting vormen. Deze besmetting wordt niet alleen door huid op huid contact overgedragen, maar kan ook overgedragen worden door het delen van kleding, zoals mutsen, jassen en sjaals. Zelfs haarspeldjes kunnen hoofdschimmel onder de leden van een gezin verspreiden. Het is daarom altijd zaak om hoofdschimmel zo snel mogelijk te behandelen, zowel bij mens als dier.

Hoofdschimmel wordt vaak behandelt door het gebruik van een antischimmelgel gecombineerd met het gebruik van antischimmelpillen, zoals de tabletten van Lamisil of Trisporal. Was je haar regelmatig, maar zonder zeep of andere wasproducten. Was je je haar wel met zeep, spoel het dan grondig uit zodat er geen resten achterblijven. Deze zeepresten zorgen voor irritatie. Droog je hoofdhuid en haar grondig; een vochtige omgeving is een uitstekende voedingsbodem voor een schimmel. Probeer ook zo min mogelijk aan je hoofdhuid te zitten met vingers en handen. Dit vergroot de kans op besmetting en irritatie.